- 7 augustus 2019
- Posted by: janrosing
- Categorie: Nieuwsbericht
De Faunabeheereenheid Drenthe (FBE) is gestart met een zogenaamde valwildregeling voor reeën. Een 50-tal vrijwilligers gaan piketdiensten draaien om wegbeheerders en hulpdiensten met kennis en kunde ter zijde te staan bij aanrijdingen met reeën. De Provincie Drenthe heeft de Faunabeheereenheid Drenthe opdracht gegeven om een regeling daarvoor te treffen.
Het belangrijkste doel van deze Drentse regeling is het voorkomen van onnodig lijden van reeën die betrokken zijn bij verkeersaanrijdingen. Daarnaast kan de FBE door de regeling de locaties beter in kaart brengen waar deze aanrijdingen hebben plaatsgevonden. Via deze registratie kunnen preventieve maatregelen genomen worden, zoals het plaatsen van rasters, om de verkeersveiligheid te vergroten.
Voorzitter van de FBE Drenthe, Piet van Dijk, legt uit waarom de regeling belangrijk is: “Volgens de trendtelling leven er in Drenthe ongeveer 10.000 reeën, dat is een geweldig aantal en dat willen we natuurlijk graag zo houden. Maar helaas worden er ook ± 600 reeën per jaar aangereden in Drenthe. En het gaat daarbij vaak om veel dierenleed en schade.”
Meldingen van aanrijdingen kunnen binnenkomen via wegbeheerders of politie, maar ook rechtstreeks via automobilisten of andere betrokkenen. Deze meldingen kunnen 24/7 gedaan worden via 06 – 19 24 05 55 aan een coördinator van de regeling. Deze coördinator zorgt dat er een vrijwilliger van de valwildregeling naar de plaats van het onheil gaat. Daar aangekomen kan ingeschat worden of het dier via de dierenambulance te redden is. In het ergste geval zal het snel en vakkundig uit het lijden worden verlost, in overleg met de desbetreffende hulpdienst. Registratie van de aanrijding vormt het sluitstuk van de afhandeling.
Wie zijn die valwildvrijwilligers eigenlijk? Van Dijk: “De valwildvrijwilligers zijn in het bezit van een jachtakte en worden voorgedragen door hun wildbeheereenheid. Door de deelname van veel vrijwilligers aan deze regeling kunnen we heel Drenthe afdekken en is er dus altijd iemand bereid en beschikbaar om zo nodig op te treden.
Maar hoe goed ook dat de regeling er is, het beste blijft natuurlijk om een aanrijding te voorkomen. Automobilisten doen er daarom verstandig aan om vooral in de schemer en in het donker de snelheid aan te passen, zeker in een bosrijke omgeving waar het zicht beperkt is. Zo krijgen mens en dier een kans om op tijd te reageren.”